Een doel is iets dat je wilt bereiken, je kunt dat ook een doelstelling noemen.
Het benoemen van doelen is nuttig om te kunnen zien of je vooruit gaat of dat er iets wordt bereikt.
Tijdens je opleiding, je stage, je werk maar ook privé kan je door het formuleren van doelen gerichter aan iets werken waardoor je eerder en misschien ook wel meer resultaten behaald.
Verschillende soorten doelen.
Waarvoor het doel wordt gesteld bepaalt wat voor doel het is.
Je kunt verschillende doelen onderscheiden zoals:
- Persoonlijke doelen: wat jij wilt leren en bereiken.
- Organisatie doelen: wat een organisatie, instelling, team, leidinggevende nastreeft.
- Begeleidingsdoelen: wanneer je doelen stelt voor/met een cliënt om deze te begeleiden en te ondersteunen zoals in het welzijnswerk en de zorg.
- Leerdoelen worden gebruikt in het onderwijs om aan te geven wat je moet beheersen. Leerdoelen worden ook wel eindtermen genoemd.
Hoofdoelen, subdoelen, werkdoelen
Je doel kun je opsplitsen om er in stappen aan te werken.
- Het hoofddoel is wat je uiteindelijk wilt bereiken. Dit hoofddoel kan worden opgedeeld in subdoelen en werkdoelen.
- Een subdoel is een kleiner onderdeel van het hoofddoel dat je vaak specifieker hebt geformuleerd.
- Een werkdoel gebruik je om gericht ergens aan te werken. Het werkdoel is een doel dat je door je inspanningen kunt bereiken.
Lange termijn, middellange termijn en korte termijn doelen.
Bij het stellen van doelen bepaal je ook wanneer het doel bereikt moet zijn.
- Lange termijn doel: Dit geeft vaak een ideaal aan, iets wat op dit moment nog onbereikbaar is.
- Middellange termijn doel: Er moet voor zo’n doel vaak nog veel gebeuren maar wat je nastreeft en wanneer het bereikt kan worden is te overzien.
- Korte termijn doel: Binnen nu en meestal maximaal 3 maanden kan het doel worden bereikt. Het doel is duidelijk en concreet. Een korte termijn doel kan een onderdeel (werkdoel of subdoel) van een middellange termijn of lange termijn doel zijn.
De W vragen
Voor je een doel stelt moet er duidelijk zijn Waarom het doel wordt gesteld en Wat je wilt bereiken. Je kunt je je ook afvragen Wie er betrokken zijn bij de het bereiken van het doel, Waar eraan gewerkt wordt en Wanneer.
De W-vragen gebruik je als voorbereiding bij het bepalen van je doel.
- Wat wil je bereiken?
- Waarom wil je dit doel bereiken?
- Wie zijn erbij betrokken?
- Waar ga je aan het doel werken?
- Wanneer moet het doel behaald zijn en wanneer ga je eraan werken
Bij de W-vragen kun je ook afvragen hoe je het doel kunt gaan bereiken. Zijn er subdoelen en kun je werkdoelen benoemen om gericht aan je doel te werken?
De W- vragen gebruik je als voorbereiding voor het formuleren van je doelstellingen.
Formuleren van doelen
Om aan het bereiken van je doel te werken moet dit duidelijk zijn opgesteld. Het soort doel bepaalt hoe het doel geformuleerd kan worden. Idealen maar ook lange termijn doelen zijn vaak niet concreet. Het is logisch dat deze daarom anders geformuleerd worden dan doelen waaraan je gericht wilt werken.
Doelen die je op korte of middellange termijn wilt bereiken moeten concreet zijn opgesteld.
Wanneer je hoofddoel of subdoel moeilijk specifiek geformuleerd kan worden dan gebruik je werkdoelen om stapsgewijs aan je hoofddoel te werken.
In een werkdoel moet duidelijk en specifiek staan wat er wordt nagestreefd en dit moet meetbaar zijn. Het werkdoel moet daarnaast ook een start en een eindpunt hebben, door de betrokkenen geaccepteerd worden en realistisch zijn. Je hebt dan een SMART geformuleerd doel.
De vijf letters van het woord SMART helpen je bij het duidelijk formuleren van je doel.
Specifiek
Meetbaar
Acceptabel
Realistisch
Tijdgebonden
De SMART methode is een veel gebruikte manier voor het opstellen van doelen.
Zie: Doelen SMART formuleren voor een instructie in stappen.
Naast de SMART formule zijn er ook andere manieren die kunnen worden gebruikt bij het formuleren van je doel.
Zie: andere hulpformules voor het formuleren van doelen
De POP en PAP en je doelen.
In je POP (Persoonlijk Ontwikkel Plan) neem je doelen gericht op je ontwikkeling op. Wanneer je een opleiding volgt en hiervoor een POP maakt kun je daarin ook leerdoelen van de opleiding opnemen.
Wanneer je een aantal doelstelling hebt geformuleerd dan kun je een PAP (Persoonlijk Actie Plan) opstellen om aan de doelen te gaan werken. Je actieplan is een overzicht van al je doelstellingen waarin je de volgorde aangeeft en wat je eventueel nodig hebt om aan het doel te werken. In je PAP hou je ook bij wanneer een doel is behaald. Wanneer een doelstelling goed SMART is opgesteld dan hoef je niet veel aan je doelstelling in je actieplan toe te voegen