Hoe kan een leidster in de kinderopvang reageren wanneer in haar opvatting ouders een kind overvragen en geen oog hebben voor de sociale ontwikkeling van het kind. De ouders hangen de ideeën van de “tijgermoeder”Amy Chua aan.
De moeder van Jung vertelt trots tegen pedagogisch medewerkster Rozemarijn dat Jung van 3,5 jaar al goed kan rekenen. Ze oefent iedere dag met haar de tafels. Ze vraagt aan Rozemarijn of zij in het kinderdagverblijf hier met Jung ook wat mee kan oefenen.
Rozemarijn heeft al vaker gemerkt dat Jung door haar ouders behoorlijk overvraagd wordt. Jung is in de ogen van Rozemarijn nog echt niet toe aan tafels oefenen. Rozemarijn zou het veel belangrijker vinden als Jung wat meer met andere kinderen zou spelen en eens lekker buiten zou rennen. Rozemarijn maakt zich namelijk een beetje zorgen om Jung want zij speelt tot nu toe nog helemaal niet met andere kinderen.
Vorige keer toen de eisen, die de ouders aan Jung stellen, ter sprake kwamen was de moeder hier nog al verbolgen over. De ouders staan erop dat er alles aan wordt gedaan om de kennis van Jung te stimuleren. Rozemarijn heeft pas een artikel gelezen over de ideeën van de zogenaamde ”tijgermoeder”. Ze snap dus wel een beetje waar de opvatting van de moeder van Jung vandaan komt
P2-K1-W1: Voert gesprekken met de ouders/vervangende opvoeders en het kind
Werkproces
P2-K1-W1: Voert gesprekken met de ouders/vervangende opvoeders en het kind
Omschrijving
De gespecialiseerd pedagogisch medewerker voert een kennismakingsgesprek met het kind en de ouders/vervangende opvoeders, om de situatie, wensen en verwachtingen in kaart te brengen. Niet reële verwachtingen stuurt ze bij door het verstrekken van informatie over het kindercentrum/de organisatie. Bij het komen en gaan van de kinderen wisselt ze dagelijkse informatie uit met de ouders/vervangende opvoeders. Ze informeert hen over de (dagelijkse) gang van zaken. Ze bespreekt met regelmaat met het kind en de ouders/vervangende opvoeders het welbevinden en de ontwikkeling van het kind en de eventuele taal- of ontwikkelingsachterstand, gedragsproblematiek of opvoedproblematiek. Op deze momenten en/of op afspraak deelt zij met de ouders/vervangende opvoeders en indien van toepassing ook het kind, kennis, ervaring en inzichten met betrekking tot de ontwikkeling en opvoeding van het kind. In voorkomende gevallen gaat ze na wat de mogelijke oorzaken zijn van afwijkingen in de ontwikkeling of het gedrag. Zo nodig geeft zij bij de dagelijkse informatie-uitwisseling en in oudergesprekken specifiek advies bij opvoedingsvraagstukken.
Resultaat
De gespecialiseerd pedagogisch medewerker heeft op een juiste wijze gesprekken gevoerd met de ouders/vervangende opvoeders en het kind en heeft daarbij relevante informatie uitgewisseld en toegesneden advies gegeven.
Gedrag
De gespecialiseerd pedagogisch medewerker:
gebruikt verschillende bronnen en methoden om relevante informatie te verzamelen;
maakt bij een taalprobleem gebruik van non-verbale communicatie en visuele communicatiemiddelen, passend bij de communicatiestijl van de gesprekspartner(s);
snijdt 'moeilijke' en vertrouwelijke zaken tactvol aan;
geeft heldere en relevante informatie;
stelt open, reflecterende vragen;
past interactievaardigheden op effectieve wijze toe: sociale responsiviteit, praten en uitleggen.
Competenties
De onderliggende competenties zijn: Onderzoeken, Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten, Aandacht en begrip tonen, Vakdeskundigheid toepassen
P2-K1-W7: Biedt (specifieke) ontwikkelingsgerichte activiteiten aan
Werkproces
P2-K1-W7: Biedt (specifieke) ontwikkelingsgerichte activiteiten aan
Omschrijving
De gespecialiseerd pedagogisch medewerker biedt kinderen specifieke ontwikkelingsgerichte activiteiten aan op basis van een erkende VVE-methodiek, afgestemd op de specifieke individuele (leer- of ontwikkelings)problematiek van het kind. Zij organiseert de activiteiten, voert ze uit (eventueel met behulp van anderen), kiest sport-, spel- en speelmateriaal dat past bij de gewenste ontwikkeling van het kind en begeleidt en stimuleert individuele kinderen of een groep(je) kinderen bij de uitvoering van de activiteiten. Ze begeleidt kinderen eventueel bij het huiswerk. Ze signaleert spontane kansen om de ontwikkeling van het kind te stimuleren en grijpt deze aan. Ze monitort de ontwikkeling van het kind, signaleert en onderzoekt voortgang en/of stagnatie in de ontwikkeling en legt gegevens vast.
Indien mogelijk zoekt ze samenwerking met ouders/vervangende opvoeders, stagiaires of vrijwilligers om mee te werken aan de uitvoering van activiteiten. Ze enthousiasmeert hen en werkt met hen samen. In voorkomende situaties stimuleert en adviseert ze ouders/vervangende opvoeders met betrekking tot het versterken van de leeromgeving thuis.
Resultaat
De kinderen zijn in hun (specifieke) ontwikkeling gestimuleerd door het uitvoeren van activiteiten op basis van een erkende VVE-methodiek.
Gedrag
De gespecialiseerd pedagogisch medewerker:
motiveert de kinderen om hun best te doen, uitdagingen aan te gaan en doelen te bereiken;
past effectieve interventies toe gericht op de ontwikkeling van het kind;
kiest passende leer
en ontwikkelingsmaterialen;
bewaakt de voortgang in de ontwikkeling van de kinderen zorgvuldig;
onderzoekt belemmeringen in de voortgang van de ontwikkeling van een kind;
stelt reëele, haalbare (tussen) doelen;
houdt effectief rekening met onvoorziene omstandigheden;
legt accuraat relevante gegevens vast;
past interactievaardigheden effectief toe: sensitieve responsiteit,respect voor autonomie, structureren en grenzen stellen, praten en uitleggen, ontwikkelingsstimulering en begeleiden van interacties.
Competenties
De onderliggende competenties zijn: Begeleiden, Plannen en organiseren, Vakdeskundigheid toepassen, Analyseren, Materialen en middelen inzetten